Andasibe: lemuren en gillende indri's
Door: Danielle
Blijf op de hoogte en volg Danielle
25 Mei 2016 | Madagascar, Andasibe
De chauffeur rijdt veilig, maar toch is 't een beetje spooky, het eerste gedeelte Tana uit. Op straat zitten de dakloze mensen rond vuurtjes, er is weinig verlichting en zelfs op dit uur loopt overal wel iemand, bij voorkeur op slecht verlichte delen waar ze ineens in je gezichtsveld verschijnen en je je suf schrikt omdat ze op de weg lopen.
In het kader van 'in het buitenland moet je af en toe gewoon vertrouwen hebben' zit ik ook nu weer met een onbekende in de auto, over een onbekende weg (door een naargeestig stuk Tana), in het donker. Hm. Maar al gauw wordt het licht, zijn we Tana uit, langs taxi-brousse stations, en rijden we de stedelijke omgeving uit. Wat niet betekent dat er minder mensen zijn maar wel dat de natuur tevoorschijn komt. En hoe, het regent flink. De ruit, met de standaard enorme barst, is volledig niet-doorzichtig maar ik laat het maar gebeuren.
Het landschap is schitterend: groen, met terrassenbouw, rijst en andere groenten en fruit. In de miezer staan toch de kraampjes met fruit en lopen mensen op weg naar werk, kinderen op weg naar school of gewoon onderweg...
Ergens in dat mooie landschap val ik in slaap en dommel een uurtje. Beetje jammer, maar dat haal ik op de terugweg in.
In Moramanga haal ik nog even geld (dat leek me in een pikdonker Tana in ongure omstandigheden niet handig, al zit bij elke ATM een bewaker) en een pain au chocolat en on we go.
Andasibe NP ligt vóór het dorp Andasibe, aan een afslag van een rijksweg. Het hotel dat ik in mijn hoofd had is 't eerste wat we zien, dus gauw de auto op de parkeerplaats, vragen naar beschikbaarheid, kamer bekijken, tas neergooien en meteen door naar het nationaal park.
Op de parkeerplaats van ons hotel spreekt een vrouwelijke gids ons aan. Ze spreekt redelijk Engels en ik gun het ook een vrouw, dus ze springt bij ons in de auto en begeleid me (want dat kan ik natuurlijk niet alleen, haha) naar het loket waar ik voor 45.000 ariary (zo'n 14 euro) naar binnen mag. Mijn chauffeur besluit mee te gaan en betaalt 2.000 ariary (zo'n 56 cent). Verschil moet er zijn!
De gids, Julienne, wijst me op bomen, planten, maar ook kleine dingen als een krabspin. En voor we het weten zien we de witte billen van een indri in de boom. En ineens zijn het er meerdere. Harstikke mooi. Hun koppies laten ze alleen even zien als ze nieuwsgierig naar beneden leunen om te kijken wat daar onder hen gebeurt.
Mijn chauffeur ziet iets verderop ineens een heel nest gewone bruine lemuren. Kleintjes met hun moeder. Geweldig leuk!
En dan gebeurt er iets geks én iets gaafs: bij de volgende indri's komen ineens bruine lemuren tevoorschijn en slingeren en springen ze samen door de boomtoppen. Een geweldig schouwspel van harige bruine en nog hariger, wolliger zwarte witte lijven.
Als uiteindelijk de boel een beetje gekalmeerd is, zijn er een paar indri's vlak boven mijn hoofd gaan zitten. Bang dat ze op mijn hoofd poepen positioneer ik mezelf voorzichtig, haha.
En dan begint in de verte het sirenegeluid dat ik in de hotelkamer ook al hoorde (en waarvan ik hoopte dat dat de indri's waren). Steeds dichterbij komt het geluid van de gillende indri's. Echt ongelooflijk wat voor herrie die beesten kunnen maken. En dan, uiteindelijk, begint die dikkerd boven mijn hoofd te gillen: super, super, supercool. Wat een geluid! En tja, daarvoor kom je uiteindelijk naar Andasibe!
Als we uiteindelijk het park uitkomen, wordt onze gids (officiele trouwens) uitgekafferd door de vrouw van de kaartjes. Ze blijkt vanavond niet met me mee te mogen rondom het park. 's Nachts is het park gesloten maar er rondom heen doet iedereen de 'nightwalks' om kameleons en muislemuurtjes te zoeken.
Ik dool een stukje langs de rijksweg om binnen te gluren in de huisjes die daar snacks verkopen, de was overal hebben hangen, waar een meisje hout staat te hakken en twee mannen de baby op de rug hebben. Het stroompje onder de weg door staat vol met enorme papyrusplanten.
Als ik weer in de buurt van het hotel kom, komt Julienne op me af rennen. Ze heeft langs de weg een kameleon ontdekt, gauw meekomen. En inderdaad, er blijken er twee. Zo langzaam als wat, het is te koud voor ze om te bewegen. Dus in slow motion beweegt er eentje door de boom. De ander zit stokstijf stil. Allebei gewoon groen te zijn. Gewoon groen, maar ik heb ze gezien, haha.
En dan blijkt hoe de mentaliteit hier is: lopen is de gewoonste zaak van de wereld. Julienne de gids wil me voorstellen aan een andere gids en ze vraagt of mijn chauffeur haar mag brengen, 3 km verderop. Maar als het niet kan, prima, dan 'loopt ze wel even' 3 km heen en 3 km terug om voor mij een gids te regelen die ook weer 3 km heen en 3 km terug moet lopen om in een uurtje of 2 zo'n 5 euro te verdienen.
En dan komen we het dorpje Andasibe in: wat een arremoede, wat een verval, vooral door het centrumpje waar wij doorheen komen. Kindertjes komen uit school en lopen op blote voeten, de versleten slippertjes in de hand want de regen van de afgelopen nacht is hier nog niet weggetrokken. Wasgoed hangt voor de hutjes, huizen zijn het niet te noemen. Een dronkeman ligt tegen een muur te brallen, de kindertjes roepen iets naar 'm.
Als de gids geregeld is, ben ik blij dat ik terug mag naar mijn hotel. Ze hebben een mooie, grote veranda die op palen boven het riviertje staat, met een mooi uitzicht op dikke jungle waar de indri, tegen het middaguur, inmiddels muisstil zijn.
Ik eet er een lekker visje, drink wat thee, lees een boekje op de telefoon.
Om 18 uur brengt mijn chauffeur me naar het afgesproken punt en beginnen we aan de nachtwandeling. Ik goed ingesmeerd met muggenmeuk terwijl er geen mug te bekennen is, haha. De wandeling is interessant en uiteindelijk, bijna aan het einde, zien we een muislemuurtje zitten. Let wel: ik zie alleen z'n rode oogjes als we de zaklantaarn op 'm richten maar hij zit er. En dan zien we ook nog een uitzonderlijke lemuur, waarvan ik natuurlijk de naam vergeten ben.
Niet een slechte opbrengst, want Julienne had voorspeld dat we niets zouden zien vanwege de regen en de temperatuur.
In mijn zalige bungalowtje, nadat ik even heb gepraat met een paar mensen van een Djosergroep die in het hotel overnacht, duik ik onder dikke wolle dekens. Alles ruikt een beetje nattig, maar 't is zalig schoon en met het geluid van het woud om me heen val ik in een diepe slaap.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley