Van hot naar her door Porto en Vila Nova de Gaia
Door: Danielle
Blijf op de hoogte en volg Danielle
08 Oktober 2016 | Portugal, Porto
Als ik ’s ochtends bij het strand Praia de Senhora de Matosinhos een flink eindje buiten Porto centrum sta, hangt er een dichte mist boven het water. Pas dan realiseer ik me dat ik misschien een beetje aan de vroege kant ben door om 08.20 aan de waterkant te staan. De enige mensen hier zijn oude mannen en hardlopers.
Echt gecharmeerd ben ik ook niet van de industriele zone aan de rechterkant, dus ga ik lopen. Langs de zware industrie, met huizen vol azulejos, parkjes met triomfbogen met christus aan het kruis, kom ik bij de visafslag. De zwermen meeuwen waarschuwen me dat er ergens een flinke markt is. Tussen kleine huisjes en een gribus aan afbrokkelende gebouwtjes door loop ik tegen de markthal aan waar weinig schokkende vissen verkocht worden. Het is een beetje alledaags, als je alle varianten van inktvis en octopus niet meerekent. Alledaags, groot, smelly. Leuk dus!
Nog verder loop ik, langs visrestaurants die natuurlijk nog dichtzitten, tot ik bij de officiële, schone markthal van Matosinhos kom. Hier ruik je de vis niet eens, ’t is er kraakhelder schoon en nieuw. Ook leuk. Omdat niemand me kan vertellen of ’t van hier nog ver is naar Praia de Senhore de Boa Nova, waar een mooi kapelletje zou moeten staan, en er zover ik kan kijken een hoge brug loopt langs het industriële gedeelte, ga ik toch de andere kant maar op, met de bus terug richting Praia de Senhora de Matosinhos. Net iets verder dan waar ik eerder was, ligt het water bomvol met surfers op planken. Ze pakken de rollende golven vol enthousiasme. Nog iets verderop ligt een soort fort en slaan de golven opspattend stuk op de rotsen in het water. Het is hier mooi!
Maar ik heb de expositie van Miró in de planning, dus lang hang ik er niet rond. Na een kopje thee met muffin voor 2 euro in een lokaal tentje, waar de plaatselijke clientele op hun vrije zaterdagochtend voor komt rijden in de auto, en deze ook nog eens op een invoegstrook parkeert, wandel ik naar het Museum Serralves, waar je niet anders kunt dan ook een kaartje voor het park kopen als je een expositie wilt zien in Fundacao Serralvez. Een mierzoet, roze gebouw ligt midden in het park. In een ruimte of zes worden werken van Miró tentoongesteld. Klein maar fijn.
Na Serralves stap ik weer in bus 502 naar station Bolhao, precies waar ik moet zijn: gisteren heb ik op de Mercado de Bolhao natuurlijk geen souvenirs gekocht, dus dat moet nu gebeuren. De pastel de nata bij de mevrouw van gisteren is op, dus koop ik voor 1 euro 2 stuks bij een andere vrouw en drink op een terrasje een groene thee met mijn lekkers! Als ik nieuw theewater wil, moet ik maar even naar binnen komen, vertelt de serveerster me. Daarna scharrel ik allerlei sardientjes-souvenirs bij elkaar en ben helemaal blij.
Daarna pak ik de metro een paar haltes, de rivier weer over naar Vila Nova de Gaia. Ik wil vandaag bij Vinum, een duur restaurant, eten. Maar dan moet ik wel van hoog op de heuvel, helemaal afdalen langs nietzeggende huizen met kleurloze azulejos, tot ik aan de waterkant sta. Het wemelt er, alweer, van de toeristen. Het is een flinke wandeling, helemaal naar het andere einde van de ‘boulevard’ en dan ook nog eens steil de heuvel weer op. En het is ook nog eens wárm! Huffend en puffend kom ik aan bij het luxe Vinum, restaurant van de portgrotten van Graham’s.
De maitre d’ moet me teleurstellen. Ze zitten helemaal vol. Net als ik op zijn voorstel probeer, tussen een enorme groep toeristen, een plek op het terras te scoren voor een paar snacks, word ik op de schouder getikt. Er is een plekje voor me gemaakt. En dan zit ik prinsheerlijk, in de mooie serre van Vinum, in mijn eentje aan een met tafellinnen gedekte tafel met een waanzinnig uitzicht hoog boven de Douro, met vlak onder me en boven mijn hoofd wijnranken, een bloemrijke tuin en prachtig uitzicht op de brug van Eiffel.
De keuzemenu’s zijn er van net iets minder duur dan bij DOP, 50 en 75 euro, maar ik eet liever a la carte ook al is dat duurder. Dus ik begin met een amuse van bacalhau. Daarna doe ik me tegoed aan superverse Portugese oesters die verrassend genoeg volkomen naturel geserveerd worden. Dan is ’t tijd voor een bijzondere, groene ceviche van vis van de markt van Matosinhos, waar ik vanmorgen dus nog rondliep. Vervolgens gaat de maaltijd door met een bief tartare die tegelijkertijd romig en delicaat maar toch pittig en sterk is. Bijzonder goed. En om het echt af te maken, eindig ik met een dessert van verse groene vijgen met kruiden en vanilleijs. Ik kan er nu nog van dromen! Zo lekker! Op het terras, dat inmiddels rustig is, geniet ik nog even na voor ik de wandeling naar beneden begin. Een klein stukje bergafwaarts neem ik de bus, die me naar Trindade terugbrengt. Ik kan geen pap meer zeggen, dus ga even een uurtje naar mijn kamer.
’s Avonds ga ik weer op pad. Vanuit het hotel naar beneden de Rua do Almada af. Omdat ik vanmiddag al zo uitgebreid getafeld heb, heb ik nu, bijna zes uur later, nog steeds niet echt trek. Maar met de lekkere gerechten en leuke restaurantjes is het moeilijk de verleiding te weerstaan en zit ik toch weer aan een tafeltje in een supermooi, hip restaurantje: Canelas de Coelho, Versao 3.0. Ik eet er een Portugese-stijl lichte kokkels. Zalig zilt en toch heel licht. Een mooie afronding van een zalige trip! Porto is voor herhaling vatbaar!
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley